Studie van de vorming en de evolutie van de Kibara bergketen (Midden-Oost Afrika) op basis van geologische, cartografische, geofysische en geochronologische gegevens. Tijdens het Mesoproterozoïcum (1.600-1.000 Miljoen jaar), heeft de onderlinge botsing van oudere, reeds geïndividualiseerde continentale brokstukken van de aardkorst en de daarmee gepaard gaande bergketenvorming op planetair (=globaal) gebied rond 1.000 Ma geleid tot de amalgamatie van één supercontinent, waaraan de naam Rodinia is gegeven. Bij de reconstructiepogingen van Rodinia neemt de intracontinentale Kibara bergketen tussen de oudere Congo en Tanzania cratons een kritieke en essentiële plaats in. Eénduidige argumenten tonen aan dat de Kibara keten (s.l.) in feite bestaat uit twee segmenten, nl. 1) de Kibara keten (s.s.) in Noord Katanga (DRC) (in de laatste jaren grondig bestudeerd in de streek van Mitwaba door J. Kokonyangi) en 2) de “Karagwe-Ankole belt - KAB” van Rwanda, Burundi, SW Uganda, NW Tanzania en Kivu-Maniema (DRC). In de KAB moet de nadruk gelegd worden op het langdurig intraplaat karakter (van 1.800 tot 550 Ma) tijdens het Proterozoïcum, na het culmineren van de Eburneaan orogenese rond 2.1 Ga. De studie van de verbreiding van de KAB in Kivu-Maniema (DRC) en van de vergelijking van de geodynamische evolutie tussen de KAB en de Kibara keten (s.s.) zijn ook onderdeel van het onderzoek. Hierbij worden diverse geïnteresseerde partijen binnenshuis en buitenshuis (Academische wereld en Privé-sector) betrokken. Tevens worden de resultaten op subregionale schaal geïntegreerd in het kader van de evolutie van de Irumide bergketen in Zambia (recente publicaties van S. Johnson en B. De Waele), die vergelijkbaar is met de Kibara keten (s.l.). Tenslotte wordt ook aandacht besteed aan de link tussen de verbreiding van de "Kibara ketens" en van de “Tin” metallogenetische provincie (mineralisaties van Sn-W-Nb/Ta-Li en mogelijk Au) in Midden-Oost Afrika. De studie van die bijzondere metallogenetische provincie is in 2007 uitgegroeid tot een autonoom onderzoeksprogramma.