Herkomstonderzoeksproject

PROCHE

Het project PROCHE (MB21 – Recherches de PROvenance sur la Collection ethnographique – Herkomstonderzoek op de Etnografische collectie) is een onderzoeksprogramma van het Federaal Wetenschapsbeleid, uitgevoerd door het AfricaMuseum.

De lancering is een antwoord op de vele en toegenomen sociale en politieke discussies van de voorbije jaren. De bedoeling is onderzoek naar de historische context en de verwervingsmethodes van Congolese culturele erfgoedobjecten uit de koloniale periode. Daarom investeert het AfricaMuseum in een intensifiëring van het herkomstonderzoek op de etnografische collecties, in het bijzonder op die afkomstig uit de Democratische Republiek Congo (DRC).

Ten einde een transparantie te verzekeren in de discussies over de herkomst van het culturele erfgoed in beheer van het AfricaMuseum, wil de instelling toegang verlenen tot de inventaris van de betrokken collecties. Die inventaris van 83.234 cultuurgoederen beheerd door het AfricaMuseum, afkomstig van de DRC en breder uit Centraal Afrika werd overhandigd aan de Congolese Eerste Minister Jean-Michel Sama Lukonde in februari 2022, door de Belgische Eerste Minister Alexander De Croo en Staatssecretaris Thomas Dermine.

Online inventaris en herkomstonderzoek

Het onderzoeksdoel is het volledige verwervingsproces van een object te documenteren en de verschillende historische wortels in context te plaatsen, zodat elke persoon of organisatie eigen onderzoek kan uitvoeren ten einde de legale, illegale of ondefinieerbare aard van de verwerving van een cultuurgoed vast te stellen (bijvoorbeeld plundering, diefstal, overdracht of schenking). Dit is een evolutief proces, gegevens en kennis zullen voortdurend bijgewerkt en aangevuld worden.
Het herkomstonderzoeksproject heeft niet tot doel de juridische of morele status van de collectieverwerving te bepalen, maar wel om de beschikbare gegevens i.v.m. de omstandigheden waarin ze cultureel erfgoed van de Belgische federale overheid werden te verzamelen, indexeren en analyseren. De verzamelde informatie zal online beschikbaar zijn. Een vrij toegankelijke database zal een zo breed mogelijke toegang voor alle geïnteresseerden mogelijk te maken.

Diepgaand onderzoek zal worden uitgevoerd door een multidisciplinair team, bestaande uit onderzoekers van het AfricaMuseum en Congolese universiteiten en erfgoedinstellingen, gespecialiseerd in geschiedenis, antropologie, kunstgeschiedenis en recht. Het team zal ondersteund worden door veldonderzoek en andere vormen van kennis die verdieping en kritische interpretatie van de archiefgegevens mogelijk zullen maken. Deze benadering zal leiden tot meer en betere historische en maatschappelijke kennis over de totstandkoming van de museumcollecties.

Op weg naar meerstemmigheid

Via zijn netwerk vormt het Institut des Muséées nationaux du Congo (IMNC) een essentiële gesprekspartner voor dit onderzoek in samenwerking met universiteiten en andere erfgoedinstellingen in de DRC. Het IMNC en het AfricaMuseum zijn twee instellingen met een lange historische verwevenheid1. Deze bilaterale aanpak heeft tot doel een methodologie te ontwikkelen die de beschikbare informatie in België en de DRC integreert, met het oog op meer duidelijkheid over de historische herkomst van de objecten.

Een combinatie van onderzoek verblijven, doctoraten en permanente communicatie tussen de partners zal een frisse kijk op de collecties en een beter begrip van de objecten mogelijk maken. Het toegankelijk maken van informatie en het faciliteren van discussies in volledige transparantie zijn essentiële voorwaarden om verschillende visies, kennis en opvattingen binnen deze collecties te verenigen.

Een focus op mensen

De collectie van objecten bestaat uit ruim 80.000 inventarisnummers. Om de gehele collectie te kunnen bekijken en de context van verwerving zo goed mogelijk te verduidelijken, hebben we ervoor gekozen om ons niet te richten op de objecten zelf, maar op de verschillende mensen die betrokken zijn bij de verwerving ervan. Door wie zijn deze collecties onderdeel geworden van het erfgoed van de Belgische Staat? Welke rol speelden de betrokken personen? Militair? Koloniaal bestuurder? Handelsagent? Welke informatie is beschikbaar over de oorspronkelijke eigenaren? Daarnaast zijn er ook veel rechtspersonen, zoals bedrijven of religieuze congregaties, betrokken.

Biografisch onderzoek aan de hand van aanwinstendossiers en persoonlijke archieven, zowel binnen als buiten het AfricaMuseum, zal ons in staat stellen een aantal categorieën te identificeren met betrekking tot de rollen/beroepen van deze mensen, zoals kunsthandelaars, koloniale bestuurders, militairen, missionarissen, wetenschappers, enz. Deze categorisering heeft uiteraard limieten. De activiteiten van een persoon kunnen niet gereduceerd worden tot hun titel of beroep (vooral omdat sommigen lange, gediversifieerde, genuanceerde en zelfs paradoxale carrières hebben gehad). Niettemin zal het ons in staat stellen een statistische schatting te maken van welke soorten netwerken er bij de totstandkoming van de collecties betrokken zijn geweest.

We beschikken momenteel over 2300 namen van mensen/instellingen die verband houden met 83.423 objecten uit de DRC en Centraal-Afrika. Een snelle analyse van deze namen heeft enkele methodologische richtlijnen opgeleverd, vooral in termen van kwantitatieve prioriteit. We weten dat de meerderheid van deze namen, 983 mensen, geassocieerd zijn met slechts één object; bij kleine collecties van 2 tot 10 objecten zijn daarentegen 750 personen betrokken, van wie ruim de helft (383) slechts aan twee objecten is gekoppeld. Grotere collecties van 10 tot 100 objecten zijn gelinkt aan 480 namen, terwijl 123 personen gelinkt zijn aan sets van tussen de 100 en 1000 objecten. Tenslotte zijn slechts 18 personen gelinkt aan collecties die meer dan 1000 objecten bevatten. Uiteraard kan dezelfde collectie betrekking hebben op meer dan één persoon, bijvoorbeeld de ‘verzamelaar’ en zijn erfgenamen die de collectie aan het AfricaMuseum hebben geschonken, verkocht of nagelaten.

Via deze namen is het mogelijk om gerelateerde institutionele en/of particuliere archieven te raadplegen op zoek naar meer informatie over de oorspronkelijke eigenaar van het object. Deze informatie over de actoren maakt het mogelijk om de omstandigheden van de transactie of op zijn minst de relationele context ervan in te schatten.

Meer gedetailleerde informatie die voortkomt uit dit onderzoek kan echter alleen worden verspreid in overeenstemming met de geldende wetgeving die van toepassing is op de bescherming van de privacy van mensen die nog in leven zijn. Om deze reden is het achterhalen van geboorte- en/of overlijdensdata een prioriteit. Momenteel zijn ze slechts bij 326 van de ruim 2300 betrokken personen bekend.

 

> Website van het project

 


1. Zie:  S. Van Beurden, Authentically African: Arts and the Transnational politics of Congolese Culture, Ohio University Press, Colombus, 2015.