Koninklijke Kuba Kweetngom trommel

  • Inventarisnummer: MO.1995.16.1
  • Vervaardigd op vraag van Nyimi (koning) Kot Mabiintsh ma-Kyeen (regeerperiode: 1919-1939), in de jaren 1920 (?)
  • Aan het museum verkocht door Nyimi Kwete Mbokashanga in juni 1995 voor de som van 200.000 Belgische frank (circa 5000 euro)
""

Een recente aanwinst

Deze koninklijke Kuba-trommel werd in 1995 in de collecties van het museum van Tervuren opgenomen. Hij werd rechtstreeks aangekocht van de Nyimi van de Kuba, samen met acht andere voorwerpen (drie maskers, een beker, twee dozen, een scepter en een vliegenmepper) die de koning naar België had meegebracht tijdens een reis doorheen Europa.

Onder de 9 aangekochte voorwerpen van de Nyimi bevindt zich ook een vliegenmepper (inventaris nr. EO.1995.12.2), waarvan nog geen foto beschikbaar is.

De Nyimi stond al sinds een aantal jaar in contact met de conservators van het museum, met name met de conservator van de afdeling etnomusicologie, aan wie hij herhaaldelijk de verkoop van deze trommel zou hebben voorgesteld. De trommel werd uiteindelijk in juni 1995 aangekocht voor de prijs van 200.000 Belgische frank.

Deze aankoop werd destijds door de collectieverantwoordelijken van het museum verantwoord op grond van twee criteria (nota 09/06/1995):

  • de verrijking van de collecties, waarin nog geen soortgelijk object aanwezig was
  • de aanzienlijke culturele waarde van het object op artistiek en vooral historisch vlak.

Koninklijke trommels

De pelambish-trommel, zoals dit exemplaar, is ‘de koninklijke trommel bij uitstek’ volgens de eerste directeur van het l’Institut des Musées nationaux du Congo (J. Cornet 1982: 296). ‘Behalve bij het begin van de koninklijke dansen en bij nieuwe maan’ worden ze zelden bespeeld. Ze zijn voornamelijk een symbool van de koninklijke aanwezigheid en figureren als zodanig naast de wijsheidsmand in grote ceremonies. In principe moet elke koning een trommel laten maken, die naar zijn prestigieuze opdrachtgever word vernoemd. Sommige koningen lieten meerdere trommels maken. Deze trommels worden gewoonlijk bewaard in het koninklijk paleis.

Vandaag zijn vier van de vijf pelambish-trommels die uit de twintigste eeuw gekend zijn door Cornet, ondergebracht in de collecties van het Nationaal Museum van Congo in Kinshasa. Ze werden in de jaren 1970 aangekocht door het Institut des Musées nationaux du Zaïre (inv. 70.8.1; 70.8.2; 73.381.1 en 73.381.2, zie de foto's hieronder).

De twee laatste daarvan werden gemaakt in opdracht van koning Mbopey Mabiintsh ma-Kyeen, die regeerde van 1939 tot 1969. Het zijn replica’s van de hand van dezelfde kunstenaar van een vijfde, oudere trommel die door koning Kot Mabiintsh ma-Kyeen (regeerperiode: 1919-1939) werd besteld. Deze oudere trommel bevond zich in het paleis van de hoofdstad Nsheng tot in de jaren 1990 (de middelste trommel op de foto). Het is deze trommel die in 1995 door het museum van Tervuren werd aangekocht.

Reproductie van een archieffoto van het einde van de jaren 1970. De twee trommels 73.381.1 &2 werden tentoongesteld in de Académie des Beaux-Arts in Kinshasa (privédocumentatie).
Reproductie van een archieffoto van het einde van de jaren 1970. De twee trommels 73.381.1 &2 werden tentoongesteld in de Académie des Beaux-Arts in Kinshasa (privédocumentatie).
Een zaalzicht van het Musée national de la République démocratique du Congo in 2019 met een van de Kuba-trommels (foto Sarah Van Beurden 2019).
Een zaalzicht van het Musée national de la République démocratique du Congo in 2019 met een van de Kuba-trommels (foto Sarah Van Beurden 2019).

Hofkunst: een levende traditie

man playing the drum
Gaston-Denys Périer, 1948, ongenummerde illustratie, pp. 16-17

Deze trommel is een goed gekend regalia van het Kuba-koninkrijk. In de jaren 1940 werd de trommel gefotografeerd in de hoofdstad Nsheng. Die foto werd door Gaston-Denys Périer gepubliceerd in 1948 in zijn boek Les arts populaires du Congo belge. Deze auteur van talrijke publicaties was de belangrijkste promotor van de Congolese kunst in België tijdens de eerste helft van de twintigste eeuw. Hij was een vurig voorstander van het bewaren van het Congolees erfgoed in Congo om een ‘levende traditie’ te behouden. De keuze voor deze afbeelding, die het eigentijdse en in situ gebruik van Kuba-regalia toont, was dus zeker niet toevallig.

Kuba-kunst werd sinds de negentiende eeuw erg gesmaakt door westerlingen, wat al vroeg leidde tot een grootschalige verscheping van deze kunstwerken naar Europa. Het einde van de kolonisatie bracht daar geen verandering in. De problematiek zette zich voort in het postkoloniale tijdperk, waardoor de stukken in hoog tempo het land verlieten en hun financiële waarde op de westerse markten sterk toenam.

Wetgeving en export

Onder impuls van mensen als Périer trachtte het Ministerie van Koloniën vanaf het einde van de jaren dertig (decreet van 16 augustus 1939) de uitvoer van Congolees erfgoed te controleren en in te perken. Er werden maatregelen genomen om erfgoed te beschermen, maar deze bleven in hoofdzaak beperkt tot monumenten en sites. Na de onafhankelijkheid werd de bescherming van erfgoed de verantwoordelijkheid van de Congolese staat. In maart 1971 vaardigde zij een wet uit (nr. 71-016) die een uitvoercertificaat voor oude objecten verplicht maakte. Het museum van Tervuren was goed op de hoogte van deze maatregel. Hij was namelijk op touw gezet door Lucien Cahen, die in die jaren directeur was van zowel het Belgische museum als de nationale instelling in Kinshasa.

De wet was al van bij aanvang moeilijk in de praktijk te brengen (Tshiluila, 2007), maar werd nog moeilijker te handhaven tijdens de diepe politieke crisis van de jaren 1990 die het einde van Mobutu’s presidentschap markeerde.

Voor deze trommel in de collecties van Tervuren werd geen uitvoercertificaat teruggevonden. De Nyimi heeft op 8 juni 1995 wel een document ondertekend waarin hij het volgende verklaarde:

"Je soussigné, Nyimi Kwete Mbakashanga, certifie avoir vendu un tambour royal au Musée de Tervuren pour la somme de deux cent mille francs belges. J’ai pris la décision de vendre cet objet, en accord avec mes conseillers, afin de venir en aide à mon peuple. Pour mener à bien cette transaction, le choix s’est porté sur un musée et plus précisément celui de Tervuren afin que la richesse de la culture et l’importance de la royauté kuba puissent être montrer (sic) au grand public." 

“Ik, Nyimi Kwete Mbakashanga, verklaar dat ik een koninklijke trommel heb verkocht aan het Museum van Tervuren voor de som van tweehonderdduizend Belgische frank. Ik heb besloten dit object te verkopen, in overleg met mijn adviseurs, om mijn volk te helpen. Voor deze transactie viel de keuze op een museum en meer bepaald op dat van Tervuren, zodat de rijkdom van de cultuur en het belang van het Kuba-koninkrijk aan het grote publiek konden worden getoond.”

Met deze verklaring lijkt men de juridische implicaties van een dergelijke aankoop te hebben willen omzeilen; maar gezien de Congolese wet is het maar de vraag of de Nyimi een niet-gecertificeerde uitvoer naar België mocht ondernemen.

De exclusieve verantwoordelijkheid van de Nyimi bij de beslissing om een object van groot cultureel belang te verkopen, was overigens een bron van terugkerende spanningen tussen het Kuba-koninkrijk en de Congolese nationale autoriteiten.

Tussen de jaren 1970 en het begin van de jaren 2000 verkocht de Nyimi Kwete Mbokashanga vaak Kuba-voorwerpen op de kunstmarkt in Congo of in het Westen.

Dit commerciële gebruik van het materiële Kuba-erfgoed sluit aan bij de prestigefunctie ervan. Door deze prestigevoorwerpen ten toon te spreiden op imposante demonstraties en via ‘diplomatieke giften’ (schenkingen en tegengiften) vergrootten ze de invloed en uitstraling van het Kuba-koninkrijk tijdens de hele koloniale en postkoloniale periode. In de politieke context van opeenvolgende crisisperiodes heeft Kuba-kunst bijgedragen tot de instandhouding en positie van het koninkrijk, dankzij de inkomsten die het opleverde (Vansina 2007).

Andere aankopen van de Nyimi

Geen een van de andere objecten die van de Nyimi werden aangekocht in 1995 wordt momenteel in het museum tentoongesteld. In het midden van de zaal Rituelen en Ceremonies staat wel een imposant Kuba koningsmasker. Het kostuum daarvan werd in 1980 eveneens door de Nyimi Kwete Mbokashanga verkocht aan de Vereniging van Vrienden van het Museum, samen met een metalen bel en een pagne, die beide niet worden tentoongesteld. De vriendenvereniging schonk deze voorwerpen aan het museum.

De riem die bij dit kostuum wordt gepresenteerd is eveneens een vroegere schenking van de Vriendenvereniging, en zou ook zijn verkregen van de Nyimi van de Kuba, met name de voorganger van Kwete Mbokashanga.

Historica Sarah Van Beurden (2015: 199) merkt in haar recente boek op dat de verkoop van Kuba-kunstvoorwerpen in de jaren zeventig en tachtig zo’n vaart liep dat sommige dansen niet meer konden worden uitgevoerd. De kostuums en voornamelijk de ceremoniële lendendoeken van de vrouwen werden immers volop verkocht, zowel in het buitenland als aan het l’Institut des Musées nationaux van Zaïre.

De toenemende verdwijning van deze objecten veroorzaakte spanningen binnen het koninkrijk: de Kuba-vrouwen dreigden de koning af te zetten. Tegelijkertijd paste de productie van Kuba-kunst zich aan aan de grote vraag door voorwerpen speciaal voor de export te vervaardigen.


Tekst opgesteld aan de hand van een document van Agnès Lacaille, op basis van specifiek onderzoek en een synthese van onderstaande bronnen.

BRONNEN

Interviews, correspondentie, niet-gepubliceerde bronnen

  • Anne-Marie Bouttiaux
  • Rémy Jadinon
  • Sarah van Beurden
  • Hein Vanhee

Archieven

Dienst Etnografie, Aanwinstendossiers : "Amis du Musée", "Kwete Mbokashanga"

Publicaties

  • Cornet J., Art royal Kuba, Milan, Sipiel, 1982, pp. 296-299
  • Périer G.-D., Les arts populaires du Congo belge, Collections nationales, 8e série n° 90, Bruxelles, Office de Publicité, 1948. 
  • Tshiluila J. S., "Le patrimoine culturel et naturel au Congo à l’époque coloniale", in Quaghebeur & Kalengayi (dir.), Aspects de la culture à l’époque coloniale en Afrique centrale. Volume 6. Formation. Réinvention, Paris, L’Harmattan, 2007, pp. 63-89
  • Van Beurden S., Authentically African. Arts and the transnational politics of Congolese Culture, Ohio University Press, 2015
  • Vansina J., "La Survie du Royaume Kuba à l’époque coloniale et les arts", Annales Aequatoria, 28, 2007, pp. 5-29.

 

De informatie in dit artikel is hoofdzakelijk gebaseerd op de beschikbare bronnen in het museum (archieven, publicaties, enz.). De biografie van dit objecten kan dus altijd verder worden aangevuld. Heb je opmerkingen, informatie of getuigenissen over dit voorwerp of dit type voorwerpen? Aarzel niet om contact op te nemen: provenance@africamuseum.be.

 

< Meer herkomstartikels

 

In het kader van het project Taking Care.

Co-funded by the Creative Europe programme of the European UnionTaking Care website